Mijn God, ik roep overdag, maar U antwoordt niet, en ’s nachts, maar ik vind geen stilte.
Diep emotionele psalm
De psalm voert ons in de diepten van ellende en ontreddering die onze Here Jezus moest doormaken aan het kruis. Het is een voluit profetische psalm. David mag profetisch zien op het lijden en de overwinning van de Zoon des mensen.
Het is een diep emotionele psalm, waarin het woord verlaten en het woord antwoorden centraal staan. De psalm eindigt magistraal: “Hij is een God van daden.”
Ook klinkt in deze psalm het waarom? Nu niet het menselijk waarom, waar we zo goed in zijn, maar het Goddelijk waarom? Het is goed om daar uitvoerig bij stil te staan.
Mijn God, mijn God
“Mijn God, mijn God, waarom hebt U mij verlaten, bent U ver van mijn verlossing, van de woorden van mijn jammerklacht?”
Deze woorden zijn de diepste woorden van ellende in de Bijbel opgetekend.
Laten we kijken naar de Here Jezus, die aan het kruis hangt en deze woorden aanhaalt:
“En vanaf het zesde uur kwam er duisternis over heel de aarde, tot het negende uur toe. Ongeveer op het negende uur riep Jezus met een luide stem: ‘Eli, Eli, lama sabachtani?’ Dat betekent: Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?
Sommigen van hen die daar stonden, zeiden, toen zij dit hoorden: ‘Hij roept Elia.’ En meteen snelde een van hen toe, nam een spons, doordrenkte die met zure wijn, stak hem op een rietstok en hij gaf Hem te drinken. Maar de anderen zeiden: Houd op, laten wij zien of Elia komt om Hem te verlossen.
Jezus riep nogmaals met luide stem en gaf de geest.
En zie, het voorhangsel van de tempel scheurde in tweeën, van boven tot beneden; de aarde beefde en de rotsen scheurden.” (Mattheus 27:45-51)
Het negende uur
Het opmerkelijke is dat Jezus niet op het zesde uur uitroept het waarom, maar pas op het negende uur, en direct daarna sterft. Het negende uur is het uur van gebed, wat ook in het boek Handelingen staat vermeld, waar de apostelen naar de tempel gaan om te bidden (Handelingen 3:1).
Morgenoffer en avondoffer
In het boek van ds. H.G. Koekkoek ‘De Geheimen van de offers’ – wijst hij op het belang van het morgenoffer (het derde uur) en het avondoffer (het negende uur). Het morgenoffer en het avondoffer mochten alleen door de priesters worden verricht, in tegenstelling tot de gewone offers waarbij de offeraar (zondaar) zelf het offerdier slachtte. Het dagelijks brandoffer op het derde en negende uur werd voor het hele volk gebracht. In dit offer werden zij dagelijks herinnerd aan de ram, die door Abraham geofferd werd in de plaats van Izaäk. Het morgenoffer was in het bijzonder een herinnering aan de Thora, die God aan het volk gegeven had, toen het op de derde dag bij de Sinai verzameld was. Het avondoffer was een herinnering aan de redding uit het land Egypte, toen het paaslam in de avondschemering geslacht moest worden. Opmerkelijk is het dat het lijden aan het kruis begon op het derde uur, de tijd van het morgenoffer en eindigde op het negende uur, de tijd van het avondoffer.
Duur van het lijden
De aanhaling van Petrus is van belang om de duur van het lijden in een ander perspectief te zien:
“Maar laat vooral dit u niet ontgaan, geliefden, dat één dag bij de Heere is als duizend jaar en duizend jaar als één dag.” (2 Petrus 3:8)
Petrus citeert Psalm 90: “Duizend jaar zijn in uw ogen als de dag van gisteren die voorbij is, niet meer dan een wake in de nacht.”
Petrus voegt er iets opmerkelijks aan toe, wat weinig wordt geciteerd, maar wel van veel belang is, mede om deze psalm 22 beter te kunnen begrijpen. “Een enkele dag is in de ogen van de HEERE als duizend jaar.”
Dit kan meerdere dingen betekenen, maar zou het niet vooral betrekking hebben op die ene dag aan het kruis op Golgotha?